vrijdag 25 september 2009

Mout Ventoux

"De Mont Ventoux, een 1.912 meter hoge kale berg in de Provence wordt mythische kwalificaties toegedicht. Het is de zwaarste beklimming in de Tour de France vanwege een combinatie van de lengte van de klim, de verschillende stijgingspercentages en vooral de weersomstandigheden. Het kan er hard waaien en tegelijkertijd heel warm zijn. Een Tour de France met de Mont Ventoux erin slaat niet alleen een bres in het peloton, maar staat ook garant voor spektakel."

Als je dit zo leest denk je niet aan een plaats waar je voor de lol heen gaat. Toch zijn wij (Bob en Matthijs) in een weekend die kant opgereden om FF de berg op te trappen. Op vrijdag 18 oktober zijn we in een ruk van Nederland naar Orange (zuid-Frankrijk) gerden. Deze reis van bijna 1200Km was zo gepiet, in Frankrijk komen nauwelijks files voor en kan je lekker vlot door rijden, zolang je maar lachend op de foto staat (Sorry Bob voor de bekeuring). In Orange hadden we een mooi hotel in het midden van de stad met uitzicht op het oude theater. Orange is een oude vesting stad met een oud stadscentrum. Na een hapje eten en een klein biertje toch optijd naar bed voor de grote dag van morgen. De klim naar Mout Ventoux
Zaterdag na een niet al te best Frans ontbijt gaan we met de auto richting Bedoin. Dit is de start plaats voor de klim naar de top. Ik moet er wel bij zeggen dat veel mensen een langere aanloop nemen voor dat ze aan de beklimming beginnen. Na al onze spullen gepakt te hebben begint de grote klim naar de top. Het pakken van de spullen kost wel wat moeite. Je weet dat het weer op de top kan spoken, en als je met 60Km per uur in de afdaling zit dan is het erg fijn dat je een extra jackie aan heb. Deze trek je niet graag aan als het 18graden is, en je het vooruit zicht heb van een lange zware klim. Bob trekt zijn fietsjasje aan en laat de rits open, ik steek mijn jas op mijn rug onder mijn shirt. De weg naar de voet van de berg geeft een mooi uitzicht op de top die gehuld is in mist. Na een paar kilimeter komen we aan de voet van de berg en kan het klimmen beginnen. Met dit soort inspanningen is het belangrijk dat je vaak wat eet en voldoende drinkt. Voor een eventueel noodgeval heb ik 2 blikjes cola in mijn fietstasje gedaan. Dit werk altijd. Bob heeft het wel zwaarder met zijn verzet dat hij rond moet trappen, maar gelukkig is het steigingsspercentage niet zo erg dat hij moet afstappen. De Mout Ventoux kent grof weg de volgende steiginspercentages.
0->5Km 4,5%
5->10Km 9,5%
11->15Km 9%
15-> 20Km 7%
De laatse klim is 11%
Je kunt rustig opwaren en na het echte werk weer uitrusten tot de slot klim die tevens laat zien waarom hij zoveel bijnamen heeft. Als je de bocht omgaat naar de top/finish heb je het idee dat er vanuit het niets in muur verschijnt. De mist / laag hangende bewolking versterken dit effect.
Gelukkig is tijdens de fietstocht naar boven is het weer geweldig, een licht briesje, een waterig zonnetje. Het gevolg is dat je mooi van de berg af kan kijken en tijdens het fietsen heerlijk van de omgeving kan genieten. Tijdens de klim naar boven kom je soms ook mensen op een fiets tegen die er wat minder van genieten. De echte klimmers trappen in een ruk naar boven, maar wij nemen een paar stops tijdens de klim om rustig weer op adem te komen en wat energie in te slaan. Tijdens een van deze stops besluiten we dat we ieder op zijn eigen tempo moet doorfietsen. Dit voorkomt dat we elkaar kapot gaan fietsen. Bij de volgende rust plaats word er op de ander gewacht. Dit blijkt ook niet de oplossing te zijn als we hoger op de berg komen. De temparatuur is lang niet zo aangenaam als benden bij de start. Na een klein eerbeton bij Tom Simpson fiets ik door naar de top. Voor de mensen die het niet weten, deze Simpson is tijdens de Tour de France van 1967 tijdens de klim naar de top overleden, vermoedelijk aan de gevolgen van een overdosis doping. Dit monument is een klein bedevaartsoord voor fietsers. Vanaf hier is het nog maar een klein stukje naar de top. Het weer is nu koud en erg winderig. Tevens fiets je in de wolken dat er voor zorgt dat soms het zicht minder is dan 30meter. De weg naar de top word gemarkeerd door geel zwarte palen, Bob wist mij te vertellen dat er 500 staan, en ze zijn allemaal genummerd. De weg gaat namelijk door een skiegebied. Dus aan het begin weet je hoeveel er nog komen. Mij is dit echter gelukkig niet opgevallen. Terug tellen vanaf 500 is geen pretje.
Op de top is het een drukte van je welste, veel fietsers hebben een volgauto bij zich. Dus op de top zijn er veel mensen die netjes hun fiets in de auto leggen en dus niet op de fiets gaan afdalen. Dit is tenslotte het leukste gedeelte van een beklimming.
Op de top staat een mooi bord waar iedereen mee op de foto wil. Het is dus ook voor ons dringen geblazen. Gelukkig stikt het er weer van de Hollanders dus het is geen probleem om iemand te vinden om een foto te maken.
Na een spannende afdaling met snelheden oplopend tot bijna 70Km per uur komen we veilig aan in Bedoin. Helaas begon het tijdens het afdalen te miezeren, anders waren we zeker de 70 gepasseerd. Op de weg naar beneden krijg je pas door hoe steil het is. Op het moment dat je je remmen los laat accelereert je fiets in een record tempo. Bij snelheden boven de 50Km per uur kun je niet meer bijtrappen!! De rest van de snelheid komt puur door het hoogte verschil. Op weg naar beneden kom ik een auto tegen, deze stopt in de berm zodra hij ziet dat ik achter hem zit. Ik weet nu wel dat de remmetjes op de fiets niet gemaakt zijn voor zulke afdalingen. Aan de voet van de berg stop ik om op Bob te wachten, die is niet van het afdalen na zijn valpartij vorig jaar, maar het gaat steeds beter. Terwijl ik stil sta ruik ik mijn remblokjes, ook mijn banden zijn lekker warm. Dat is goed voor de grip;-)
Na dat we samen terug zijn gefiets hebben we de overwinning gevierd met een paar biertjes. Die avond toch maar optijd naar bed, morgen staat de Alpe d'-Heuze op het programma. Morgen ochtend kunnen we eerst rustuig bijkomen. We moeten we eerst bijna 300Km met de auto rijden voordat we in de buurt komen. Nu vlug naar bed, zodat we fit zijn voor de volgende berg.

maandag 21 september 2009

Voorbereiding Franse Alpen

Op zondag 13 september hebben wij (Bob en Matthijs) als voorbereiding op de Alpen Boogies extreem gefietst. Dit is de tourtocht van Micheal Boogerd. Fietsen is iets wat de meesten wel kunnen, maar er vervolgens een berg mee op komen is andere koek. Vol goede moed hadden we ons ingeschreven voor de 100Km. Dit was ons tweede jaar, alleen vorig jaar zijn we als gevolg van een valpartij van Bob niet fietsend over de finish gekomen.
Het doel was dan ook voor dit jaar om zonder vallen over de finish te komen. De route van Boogiesextreem zit vol met klimmen van de bekende bergjes die er te vinden zijn in zuid limbug en het Belgisch grensgebied. De heuveltjes die we hier moeten beklimmen vallen in het niets met de poging om volgende week om de Mout Ventoux 1909 mtr en de bekendere Alpe d'Heuz 1860 mtr te beklimmen. Dit fietstochtje is dan ook een inventarisatie om te kijken of het wel verstandig is om 1100Km naar Franse Alpen te rijden om niet vervolgens na 2 Km naast je fiets te staan. De eerste 50Km van de route ging voorspoedig met een gemiddeld van 24,7Km/uur. Toen wisten we ook al dat we flink zouden in leveren op dit gemiddeld, want de zwaarste beklimmingen moesten nog komen. Gelukkig hadden we mooi weer en was het dus ook weer genieten van de omgeving. Het blijft immers een hobby, dus we genieten er ook van.
Bob had wat meer problemen om boven te komen dan ik. Het grote verschil is het soort fiets waar we op fietsen. Bob heeft een echte race fiets en ik zit op mijn crosshybride. Het grote verschil is dat ik een kleiner verzet heb dit gaat ten kosten van je topsnelheid. Maar zo hard fietsen wij niet dat dit voor mij problemen geeft. Op de steilste klimmetjes ging ik met een gangetje van 5Km/uur omhoog, soms moest je opletten dat je niet word ingehaald door een wandelaar die de fiets aan de hand heeft. Dit zijn dan ook de momenten dat ik mijn kleinste verzet probeer rond te trappen. Op deze klimmetje heeft Bob er duidelijk moeite mee om boven te komen. Gelukkig is hij niet de enige die lopend boven komt. De steiging van de heuveltjes in zuid Limburg en Belgie kennen een maximum van 20%. Gelukkig zijn het korte stukken dus met de tandjes opelkaar kun je dan net boven komen. Voor een ervaren wedstrijdfietser is het overigens geen enkel probleem. Die komen met de dubbele snelheid omhoog.
Na het klimmen komt ook altijd het afdalen, voor Bob is dit altijd een angstig moment. Bij de eerste editie van boogiesextreem is hij namelijk bij het afdalen hard ten val gekomen. En afdalen met een snelheid van 60Km/uur blijft een spannende aangelegenheid. De bandjes en de remmetjes kunnen natuurlijk altijd een keer falen. Ook een handje grind kan voor een boel ellende zorgen. Gelukkig gaat het dit jaar foutloos. De topsnelheid naar beneden was dit jaar 64km/uur. De laatste en meeste bekende klim is de Keutenberg en eindigd op de finish. De omroeper bij de finish moedigd je in dien nodig nog extra aan om de finish te halen. Het rondje van 100Km hebben we dit jaar in net geen 6uur rond gefietst. Het gemiddelde kwam uit op 17.4Km/uur. Als we dit gemiddelde halen op de Mount Ventoux of Alpe d'Heuz dan zijn we zeker de kampioen van de dag. Na dit dagje fietsen zijn we er klaar voor. Helaas gaat Kim niet mee, school is immers belangrijker dan fietsen in de Alpen. Hoe dit rit in de Alpen gaat verlopen kunnen jullie ook lezen op de weblog.

dinsdag 1 september 2009

Summit day Kim






Jullie hebben er even op moeten wachten, maar hier is hij dan.... Het volledige verhaal van Summit day. Een dag om nooit meer te vergeten.






Om 05h00 is het nog even wachten op de snowcat die ons net onder Pastuhova Rocks (4500m) zal afzetten. Het begint al meteen zwaar. Achter in de snowcat is het maar moeilijk ademhalen met de Russische uitlaatgassen. Met een flinke vaart rijdt hij onder een hoek van min 45 graden naar boven. Na 15 minuten staan wij onder Pastuhova Rocks (4500m). Tassen op de rug en meteen lopen. Het is koud en we lopen zigzaggend langzaam naar boven. Op eens zit er een man foto’s van ons te maken. Ik tel nog een keer onze gidsen, maar het is niemand van onze groep. Laat maar, denk ik… ik ben te moe om hier over na te denken. (later blijkt deze man ons de foto’s in het dal te verkopen. Hele gave foto’s die iedereen dan ook meteen heeft gekocht.




Kim en Matthijs (3 + 4 in de rij)



De gidsen hadden ons om de 45 minuten, 5 minuten rustpauze beloofd. Na 2,5 uur krijgen we de eerste ruststop. Moe begint iedereen te eten en te drinken. Op summit day is het belangrijk om te blijven drinken en eten. Helaas heb je hiervoor alleen de gelegenheid op het moment dat de gehele groep stopt. We gaan weer lopen, en beginnen aan de laatste zigzag direct de Seddle (5300m) in. De groep valt uit elkaar. Matthijs zit in de eerste en ik in de tweede. De tweede groep arriveerd in de Seddle en er ontstaat een discussie over wie verder wilt en wie wilt terug gaan. In de Seddle kijk je namelijk tegen het steilste stuk aan, dat naar de top van de Elbrus gaat. Dit geeft voor een aantal een mentale deuk. Na een peptalk van onze gids beslist, op 1 na iedereen door te gaan. Langzaam beginnen we in te lopen op de eerste groep die reeds eerder zijn vertrokken. Ik zie Matthijs nog net de hoek om gaan op weg naar de top. Ze gaan door. Iedereen op zijn eigen tempo. Het is een gevaarlijk passage. Als je valt heb je zeker je Ice-axe nodig…… (Ik loop nog steeds met mijn twee wandelstokken en de Ice-axe in mijn rugtas, en realiseer mij dat ik maar niet moet vallen).




Ik ga door en sla de hoek om…. Het kan nu nooit lang meer duren….. Plots zie ik voor mij de top. Matthijs staat er al op….. Matthijs komt terug gelopen en het duurt nog 10 minuten en om 13h30 ik sta er ook. Ik geef iedereen een dikke knuffel. Sacha (onze Rusische hoofdgids vind dit geweldig). Hij zet vlaggetjes rond de randen van de top, omdat er dit jaar met slecht weer 11 mensen in 1 week om het leven zijn gekomen omdat ze over de rand zijn gelopen. Letterlijk zijn ze over de rand gelopen de afgrond in.

Iedereen maakt foto’s en dan word het tijd om terug te gaan. Er blijven 3 personen achter en ik loop met Matthijs naar beneden. Ik heb het zwaar, erg zwaar. De uitdroging begint zijn tol te eisen. Uiteindelijk komen we terug in de Saddle en onze gids vertelt mij dat ik sneller moet afdalen. We moeten wachten op de laatste die de berg afkomen, en we horen dat die een andere weg hebben gekozen vanwege vermoeidheid. Ik probeer zoveel mogelijk te drinken en te eten om mijn lichaam weer van energie te voorzien. Na 45 min wachten zien we Chris tussen twee man naar beneden gedragen worden….. Het is nu 16h30 en het ziet er naar uit dat wij als groep Chris naar beneden moeten gaan dragen. Nog minimaal 3 uur afdalen en het word om 19h30 donker.... Het gaat dus krap worden. Ik heb geen energie meer om Chris te dragen, dus mag ik mijn eigen tas dragen. Matthijs helpt af en aan Chris dragen. Snel dalen we af. Voor mij en andere veel te snel. Steeds vaker houden we halt om Chris even een moment van rust te gunnen. Hij moet plassen… Ook dat nog… Dit geeft wel hilarische verhalen voor het moment dat wij een het bier zitten in het dal. Maar zover zijn we nog niet. De rescue is gebeld en wacht op ons boven Pastuhova Rocks (4800m). We komen de Saddle uit en zien beneden de rescue naar boven rijden. Ondertussen draagt Matthijs mijn tas en helpt hij mij naar beneden. 200 meter boven Pastuhova Rocks komen wij twee rescue mensen tegen die mijn naar beneden brengen….. Een stevige slok met water en rust brengt mij weer op de been. Ondertussen word Chris in een banaan naar beneden gedragen en in geladen. Hij zal de nacht in de Barrels doorbrengen. Eerst nog naar Priut 11 om zijn spullen op te halen en mij af te zetten. De rescue vind dat ik ook naar de Barrels moet, maar ik gedronken en gerust en voel mij weer prima.

’s Nachts probeer ik zoveel mogelijk te drinken, en ’s ochtends een stevig ontbijt. ’s Middags om 14h00 zijn weer weer veilig in het dal en drinken we bier. Chris is herstellende. Hij bleek op de Summit (5642m) acute hoogte ziekte met sterke uitdrogingsverschijnselen gekregen te hebben, en inelkaar gestort te zijn. Hij herrinnert zich niets meer van het avontuur. Zelfs van zijn plas momentje niet meer.
Kim